Soms ben ik onzeker over mijn uiterlijk, net als ieder ander mens, met of zonder hazenlip. Het ene moment voel ik me heel erg zelfverzekerd en ben ik blij met wie ik ben, maar als ik wat slechter in mijn vel zit, dan kan elke kleine vervelende opmerking over mijn figuur of over mijn gezicht me opeens heel erg onzeker maken, ook al weet ik rationeel gezien dat ik me niks van dat soort opmerkingen moet aantrekken. Het viel me laatst op, dat nare opmerkingen, die in het verleden naar mij zijn geroepen, nog steeds af en toe onbewust mijn gedrag beïnvloeden. Dat is iets, waar ik verandering in wil brengen. In dit artikel geef ik jullie een kijkje in mijn leven als puber.
Toen ik nog op de middelbare school zat, fietste ik vaak alleen heen en terug naar school. Ik vond het fijn om in dat kleine halfuurtje na te denken en soms naar muziek te luisteren. Het was een goed moment van de dag, maar eens in de zoveel tijd werd dit moment verstoord. Ik heb meermaals meegemaakt dat jongens met een leeftijd van 12 tot 16 jaar naar mij ‘Bibi hazenlip’ of ‘Wat heb jij een mooie neus!’ of ‘Bibi met de rare lip’ of zoiets dergelijks riepen. Deze opmerkingen zijn naar mijn mening niet heel schokkend wanneer ik ze vergelijk met pestervaringen, die ik van anderen heb gehoord.
Toch kwetsten die opmerkingen mij. Ik werd keer op keer bewust gemaakt van het feit dat ik een andere neus en lip heb dan anderen. Ik dacht dat ik niet aan ‘de norm’ voldeed. Het gebeurde dan ook nog eens in de puberteit, een periode waarin veel mensen doorgaans al wat sneller onzeker zijn. Juist doordat ik die jongens zelf niet kende en ze vaak vanaf een grote afstand dit soort dingen naar me riepen, begon ik te geloven dat mijn hazenlip heel erg opviel en vanaf vele meters afstand te zien was. Deze opmerkingen raakten me, maar ik kon me er ook al snel overheen zetten, want ik heb gelukkig een sterk karakter en een lief gezin, dat mij altijd heel erg gesteund heeft.
Soms ging het verder dan slechts een enkele opmerking en dat kwam dan wel hard binnen. Zoiets raakte mij meer, dan dat ik eigenlijk zou willen. Op een dag fietste ik van huis naar school toe. Ikzelf moet een jaar of 15/16 zijn geweest. Voor me fietste een groepje jongens, ze waren duidelijk niet ouder dan 13 jaar. Ik wilde ze inhalen, maar ze fietsten veel te breeduit, dus belde ik. Op het moment dat ik dat deed, zag ik de blikken van de jongens mijn kant op gaan. Ze begonnen te fluisteren en te lachen. Vervolgens riep één van hen: “Moet je dat meisje zien! Het is net alsof er een stuk van haar neus afgehakt is! Wat lelijk!”, waarnaar de rest in lachen uitbarstte.
Ik heb de jongens maar snel ingehaald, wist niet wat ik moest doen en ik wilde ook niet laten zien dat het me wat deed. Ik was weliswaar wat ouder, maar ik was wel alleen en zij waren met een hele groep. Het zijn natuurlijk een stel sukkels. Ze hebben geen flauw benul van het feit, dat ik veel operaties heb moeten doorstaan om er überhaupt zo uit te kunnen zien, maar op zo’n moment maakt het niet uit dat het sukkels zijn, die er niks van snappen. Het onzekere en pijnlijke gevoel overheerst.
Ik heb sinds ik op de universiteit zit gelukkig niet meer zulke opmerkingen gehoord. Desondanks draai ik soms nog steeds mijn hoofd snel de andere kant op, wanneer ik een stel pubers voorbijfiets. Of soms doe ik mijn haar achter mijn oor vandaan zodat het gedeeltelijk voor mijn gezicht valt. Het is eigenlijk best wel gênant dat ik dat doe, maar dat is dan toch nog een klein stukje onzekerheid. Ik was me er heel lang niet eens echt bewust van dat ik dat deed. Nu ik me er bewust van ben, ga ik het proberen te veranderen, want ook al zou ik een stomme opmerking krijgen, dan weten ik en de mensen die van me houden wel beter.
Ik hoop dat ik met dit artikel kan bereiken dat mensen, al zijn het er maar een paar, zich iets bewuster worden van de invloed van het eigen gedrag op het gedrag en gevoel van anderen. De dingen, die ik heb benoemd in dit artikel, werden direct tegen mij gezegd, maar soms kan je ook indirect en onbedoeld iemand kwetsen, door bijvoorbeeld te gaan fluisteren en lachen over iemand. Als een persoon er wat anders uitziet, dan hoef je dat niet te benadrukken. Diegene weet van zichzelf ook heus wel dat hij/zij er wat anders uitziet. Natuurlijk begrijp ik maar al te goed, dat sommige mensen er wat anders uitzien, waardoor ze net iets meer opvallen dan anderen en dat mensen dan benieuwd zijn naar de oorzaak daarvan. Wat ik dan persoonlijk bijvoorbeeld het fijnste vind, is als mensen op een open en vriendelijke manier aan mij vragen wat er met mijn lip aan de hand is. Dat vind ik veel fijner dan wanneer men gaat fluisteren, lachen en wijzen. Achter iemands rug om praten is misschien de meest makkelijke weg, maar ook de meest pijnlijke weg. We kunnen ook kiezen voor vriendelijkheid en beleefdheid, ons proberen te verplaatsen in de ander. Zo maken we de wereld weer een stukje mooier.
Bedankt voor het lezen en tot snel!
Prachtig en emotioneel stuk weer Bibi!
Lieve Bibi,
Wat een prachtig stukje heb je geschreven over jezelf. Ook hier is moet voor nodig. En zoals je aangeeft werd je vaak gepest doordat men je nariep o.i.d.
Pesten is van alle tijden. Toen ik op de lagere school brildragend was werd ik vaak uitgescholden van schele of brillenjood. Lastig om hier mee om te gaan omdat dit ook in jouw geval vaak een pijnlijke ervaring is. En besef vooral dat niemand perfect is, Vaak wordt dit ook geroepen als men in groepjes bij elkaar is. Eenlingen zullen dit nooit doen of durven.
Verder ben je mooi zoals je bent en je innerlijke schoonheid zegt vaak veel meer dan je uiterlijke schoonheid,want die is vaak betrekkelijk.
Hoe het ook zij – ik heb je nog nooit in het echt gezien 🙂 – maar ik vind je een mooie meid zoals je bent en blijf vooral jezelf.
dikke knuffel en liefs.
Peter Breur.